Mattheus Wijtmans

In kunsthistorische literatuur wordt enorm gesold met de geboorte van Mattheus. Ergens rond 1645 zou het zijn en in ieder geval in Gorcum. Helaas, er klopt niets van. Hij is 23-10-1638 RK gedoopt in ’s-Hertogenbosch. Zijn vader noemde hem naar zijn vader, die daar zeepzieder was. De vader van de latere schilder heette Dirk of Theodorus. Hij trouwde in 1636 in Gorcum met de hier wonende Ida van den Bosch, dochter van een handelaar in laken en mopstenen. Waarschijnlijk is hieruit het misverstand ontstaan dat Mattheus geboren zou zijn in de plaats waar zijn ouders trouwden. Maar het was gebruikelijk dat men trouwde in de woonplaats van de bruid en ziet, na het huwelijk voegde de bruid zich bij haar kersverse man in Den Bosch. Pas in 1640 verhuisde het gezin naar Gorcum. Mattheus was dus toen zo’n anderhalf jaar oud. Ze hebben hier op verschillende adressen gewoond, o.a. Arkelstraat 8 (Brainwash) en Gasthuisstraat 9 (Steps). Zijn vader handelde in zeep (dus net als zijn vader), maar ook plantaardige olie, weedas (ook voor verf), kaas en schapen. Dat was niet altijd een vetpot. Regelmatig stapten schuldeisers naar de rechtbank, waaronder nogal wat herbergiers. Maar ook een bakker die het astronomische bedrag van ƒ 118 aan brood tegoed had. In 1664 betaalde Dirk Wijtmans o.a. met twee schilderijen, mogelijk gemaakt door zijn 15-jarige zoon Mattheus. Die was in de leer gegaan bij Hendrik Verschuring. Verder was hij leerling van de Latijnse school in Venray. Blijkbaar was de Latijnse school in Gorcum niet goed genoeg, want onder sterke invloed van het protestantisme. En dat was voor deze katholieke tak van de familie Wijtmans geen optie. De oudere zus van Mattheus werd zelfs geestelijke dochter van de broederschap van Sint-Franciscus. En zijn oudste zoon werd oud-katholiek pastoor.

Mattheus Wijtmans kwam uit een familie met in ieder geval één kunstzinnige telg, behorend tot de protestantse tak. Een oom van zijn vader heette Nicolaas Wijtmans. Die is bij ons vooral bekend als graveur van een gezicht op en een plattegrond van Gorcum uit 1600. Maar ook maakte hij een prent voor een loterij van een Rotterdamse kerk, het glas in de Goudse Sint-Jan getiteld ‘Jezus en de overspelige vrouw’, een glas in de kerk van Haastrecht (i.o.v. de stad Rotterdam), een gravure op een zilveren beker en in massa tegels, in het bijzonder ook voor het jacht van prins Maurits. Hij woonde in Den Bosch en Rotterdam, maar aangenomen mag worden dat Mattheus in Gorcum de daarop betrekking hebbende gravures thuis heeft kunnen bewonderen. En anders had Nicolaas’ zoon Jacob die prenten wel in huis en die woonde op de Appeldijk 3.

In 1665 vertrok Mattheus naar Utrecht, 26 jaar oud. In hetzelfde jaar voltooide de Gorcumse schilder Jan van Dalen twee portretten waarop vermoedelijk te zien zijn genoemde Jacob en zijn vrouw. In Lingewijk-Noord hebben we sinds enkele jaren de Mattheus Wijtmansstraat. Vanaf nu zal niemand meer zeggen Mattheus Wie?

terug